Skip to main content

Nieuwe kennis opdoen in crisistijd

Allright! Dat is de vertrouwde uitspraak van Mohammed Addi, voorwerker in het magazijn van Westrom. Addi, zoals hij door zijn collega’s wordt genoemd, is een graag geziene medewerker. Een harde werker, iemand waarop je kunt rekenen. En dat is hij al 30 jaar! Mohammed werkt normaal gesproken in een team van zestien magazijnmedewerkers. Nu zijn het er maar zes, want door het coronavirus zitten diverse collega’s noodgedwongen thuis. Ook leidinggevenden zijn niet op het werk. Maar Mohammed is de stabiele factor en houdt met zijn positieve instelling het magazijn draaiende. Hij leert in deze crisistijd nieuwe onderdelen van het magazijnwerk kennen. Op deze plek heeft hij het naar zijn zin. Voor Mohammed is het zijn tweede thuis. 

Wat je geeft, krijg je terug

“Normaal gesproken doe ik kantoorwerk. Tussendoor help ik mee waar dat nodig is. Als ik zie dat het ergens vastloopt, dan spring ik op de heftruck. Ik help mijn collega’s graag.” Voor Mohammed is het vanzelfsprekend dat hij niet alleen achter een bureau zit, maar breed inzetbaar is. “Dat is de aard van het beestje”, zegt hij. “Als ik iets zie wat beter kan, dan schakel ik meteen. Dan moeten we proberen het nóg beter te maken. En dat doen we samen. Ik geef complimentjes of een schouderklopje. En die krijg je dan ook terug.” 
Sinds de coronacrisis is zijn takenpakket veel groter. Hij houdt nu ook de verlofdagen bij en de ziekmeldingen. “Je kunt wel zeggen dat ik alle taken uitvoer die bij het magazijn horen. En dat is een behoorlijke verantwoordelijkheid. Het maakt mij niet uit of het taken zijn die eigenlijk bij de functie van een leidinggevende horen. Als ik het kán, dan doe ik het.”
Maar je verandert niet de aard van het beestje: Ik help mijn collega’s graag, 

‘Ja’ of ‘nee’ zeggen

“Ik heb in de afgelopen jaren geleerd dat je soms ook ‘nee’ moet zeggen. Dat is niet makkelijk en meestal zeg ik ‘ja’. Maar ik moet nu wel. Ik leer in de dagelijkse praktijk heel goed wat belangrijk is en wat iets minder. Daar zeg ik dan ‘nee’ tegen. Collega’s kijken mij dan wel eens vreemd aan. Dat zijn ze niet gewend. Maar het moet niet te veel worden, ik moet wel gezond blijven.” Mohammed heeft in de afgelopen jaren een aantal opleidingen gevolgd die hem zeker nu goed van pas komen, zoals persoonlijke effectiviteit en de opleiding tot voorwerker. “Dat heeft me goed geholpen. Zonder die opleidingen had ik nu kortsluiting in mijn hoofd gehad”, lacht hij. 

Ontwikkelen in crisistijd

“Ik leer nu veel nieuwe dingen, zoals verlofdagen invullen en ziekte registreren. Dat leer ik mezelf aan. Ik krijg de kans om me te ontwikkelen en grijp die ook aan. Mijn teamleider, Martin, belt mij dagelijks om te vragen hoe het met me gaat en hoe het magazijn draait. Dat is prettig. Ik bel hem ook wel eens, als ik zie dat er iets besteld moet worden. Ook Willy, mijn afdelingschef, belt regelmatig. Ik heb wel aan de personeelsfunctionaris gevraagd of het mogelijk is dat er af en toe een leidinggevende binnenloopt. Dat is niet alleen voor mij prettig, maar voor alle collega’s in het magazijn. Als er iets is, dan is het toch fijn om even een leidinggevende in de buurt te hebben. Chris heeft dat voor ons geregeld. Nu komt Roel af en toe langs. Hij is afdelingschef bij de Dozen, maar houdt daarnaast ook met ons in het magazijn contact. Dat loopt heel soepel.”

Mohammed Addi

Praktijkman

Op de vraag hoe zijn werk er na de coronacrisis uit ziet, zegt Mohammed: “Ik hoop natuurlijk dat alles snel weer normaal wordt, dat het team weer compleet is en iedereen zijn eigen werk kan doen. Voor mij is het niet de eerste keer dat de leiding van het magazijn bij mij ligt. Een aantal jaren geleden waren drie leidinggevenden ziek. Toen heb ik drie weken het hele magazijn in m’n eentje gerund. En dat ging goed, omdat ik het met liefde doe. Het magazijn moet blijven lopen, het moet blijven draaien. Daar draag ik vol enthousiasme mijn steentje aan bij.” 
Vanwege zijn praktijkervaring als groepschef, solliciteerde Mohammed twee keer formeel op een vacature. “Helaas ben ik het niet geworden, omdat er een opleiding bij hoort waar behoorlijk wat theorie bij komt kijken. Dat is voor mij waarschijnlijk niet haalbaar. De praktijk kan ik prima. Communiceren, leidinggeven, dat kan ik heel goed en ik doe het graag. Ik durf te zeggen dat ik van deze jongens een team heb gemaakt. Maar die theorie... dat wordt lastig. Dus dat boek heb ik op enig moment gesloten. Dat was een zware beslissing. Nu, met de coronacrisis, begint het toch een beetje te kriebelen. Misschien wijst de praktijk wel uit dat ik het tóch kan. Het magazijn is alles voor mij en daarom doe ik het boek – heel voorzichtig – een beetje open. Allright?”

Tweede thuis

Mohammed is getrouwd en is vader van een zoon en een dochter; beiden in de twintig. “Maar ze wonen nog thuis”, lacht hij. “Ze willen helemaal niet weg, want ze hebben het veel te goed thuis. Het ís ook een hele fijne plek. Het magazijn van Westrom is mijn tweede thuis. Hier voel ik me heel prettig. Ik ben heel blij dat ik in mijn tweede thuis mag werken. Daar ben ik trots op!”